1. Aula
UGentPassage start bij de Aula van de universiteit. Een ideale plek om de toer aan te vangen want ook voor stad en universiteit ligt hier het begin. De Aula is het glorieuze welkomstgeschenk van de stad aan de universiteit. Hier klopt tot op vandaag het ceremoniële hart van de UGent.
De acht zuilen en het timpaan doen denken aan een Griekse tempel en dat is ook de bedoeling van architect Lodewijk Roelandt. De Aula moet een ‘Tempel van de wetenschap’ zijn waar de rede wordt gevierd. Buiten en binnen gebruikt Roelandt allerlei classicistische stijlelementen om het gebouw een monumentale indruk te geven. Kunstkenners zijn daar kritisch over: ze vinden de Aula een stilistische kakafonie. Maar dat zal stad en universiteit worst wezen: 19de eeuwse reisgidsen nemen de Aula snel op als driesterrenlocatie en tot vandaag is het een blikvanger.
Na de feestelijke inhuldiging in 1826 overlaadt de universiteit haar pronkerige feestpaleis met symbolen en rituelen. De symboolwaarde van de Aula maakt het voor hoogleraren, studenten, bestuurders en politici de ideale plek om uitspraken te doen over de stand van de wetenschap, het onderwijs, de universiteit, het volk en het land. De conflicten die er in de loop van de tijd zowel verbaal, muzikaal als met de vuisten zijn uitgevochten, zijn niet op twee handen te tellen. Dat maakt de Aula tot een bijzondere plaats van herinnering waar de geschiedenis van af druipt.
De stad en haar burgers blijven als gulle schenker welkom in het ‘Paleis van de Universiteit’. Zo is het bij de opening van het academiejaar het traditie dat niet alleen de rector maar ook de burgemeester een toespraak geeft. Tot aan de Eerste Wereldoorlog reikt de stad tijdens de openingsplechtigheid de prijzen uit voor de beste atheneumleerlingen. Gentse verenigingen vinden er een locatie voor hun tentoonstellingen zoals de Floraliën. Zelfs de Gentse draak vindt in 1912 onderdak in de Aula wanneer de toren van het Belfort wordt verbouwd. De zuilen worden in 2000 op het netvlies van de Gentenaars gebrand als kunstenaar Jan Fabre ze bekleedt met hammen.