Voisin, Auguste (1800-1843)

Door zijn voortijdig overlijden heeft historicus Auguste Voisin nooit de kans gehad zijn ambities als hoofd van de universitaire bibliotheek ten volle waar te maken. Desalniettemin heeft hij de aanzet gegeven tot het catalogeren van de toen reeds vrij omvangrijke verzameling. Gedreven door de nationalistische tijdsgeest die toen in Europa overal opgang maakte, heeft hij zich, hoewel Fransman van geboorte, met onverdroten ijver gebogen over de ‘vaderlandse geschiedenis’.

Opgroeien te Gent

Geboren in het Noord-Franse Permes, verhuist Auguste Voisin als driejarige met zijn ouders naar Gent omdat zijn vader een lesopdracht krijgt aan de Ecole Centrale, het latere Koninklijk Atheneum. Auguste voltooit er de humaniora, waarna hij zich laat inschrijven aan de faculteit Letteren en Wijsbegeerte aan de nog jonge Gentse universiteit, waar hij in 1824 de doctorstitel behaalt. Gefascineerd door de Gentse geschiedenis wordt hij een van de stichtende leden zijn van de Commission des monument et des sites de la ville de Gand. In 1826 verschijnt voor het eerst van zijn hand de Guide des voyageurs dans la ville de Gand ou notice historique sur cette ville, ses monuments et ses hommes célèbres, een bestseller, die nog viermaal zal worden herwerkt en heruitgegeven.

De Kortrijkse periode

In 1825 wordt Voisin benoemd tot rethoricaleraar aan het stedelijk college van Kortrijk. Hij raakt er snel ingeburgerd. Hij wordt er bevriend met de erudiete bibliofiel Jacques Goethals-Vercruysse, die hem zijn rijke boekenverzameling ter beschikking stelt en hem stimuleert in het historisch onderzoek. Zo publiceert hij over de Guldensporenslag en inspireert en begeleidt de Antwerpse kunstenaar Nicaise De Keyser voor zijn levensgroot tafereelwerk dat op het Brusselse salon van 1836 getoond wordt. Het schilderij dat op zijn beurt Hendrik Conscience inspireert tot het schrijven van De leeuw van Vlaanderen, wordt in 1841 door de stad Kortrijk aangekocht, maar gaat teloor tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Hoofdbibliothecaris

Door het overlijden van zijn vader in 1830, keert Auguste Voisin noodgedwongen terug naar Gent, waar hij de zorg voor zijn moeder en zuster op zich neemt. Hij blijft echter sterke banden met Kortrijk onderhouden. Na eerst privéonderwijs te hebben gegeven, wordt hij in 1832 benoemd aan het Koninklijk Atheneum in de poësis. Hij onderwijst Latijn en Frans tot het schooljaar 1835-36. De gedeeltelijke teloorgang van het universitair onderwijs na de Belgische revolutie leidt in 1831 in Gent tot de oprichting van twee Facultés Libres. Voisin doceert Griekse en Latijnse letterkunde en oude en universele geschiedenis. Hij is tevens secretaris van de Faculté de Philosophie. Na de onderwijshervorming van 1835 hoopt hij professeur extraordinaire benoemd te worden, maar moet in 1836 vrede nemen met de functie van hoofdbibliothecaris, in opvolging van de gepensioneerde Pierre Lammens. In 1840 wordt hij dan toch bevordert tot professeur extraordinaire. Voisin’s eerste werk in de bibliotheek, is het verkopen van de dubbels, waarna hij begint met de revisie en uitgave van catalogi, geholpen door zijn onderbibliothecarissen Jan Francis De Laval en Polidore Van der Meersch. Lang zal zijn carrière niet duren, want hij overlijdt in 1843 aan een hersenbloeding.

Genootschappelijkheid

Naast wetenschapper en bibliograaf is Voisin ook gepassioneerd door kunst, als amateurschilder en als mecenas. In Kortrijk wordt onder zijn impuls in 1833 de Société pour l’encouragement des beaux-arts et de l’industrie opgericht. In Gent is hij secretaris van de Société royale des beaux-arts et de littérature, secretaris van de Société d’encouragement des beaux-arts en adjunct-secretaris van de Koninklijke Academie. Eind 1837 wordt Voisin corresponderend lid van de Academie royale des sciences et belles-lettres de Bruxelles, voorloper van de in 1845 opgerichte Koninklijke Academie van België. Hij publiceert tientallen artikels in de bulletins van de Academie, in de Gentse Messager des sciènces en andere tijdschriften.

Voisin correspondeert met vele binnen- en buitenlandse geleerden. Hij is een uitstekend lobyist voor de Gentse universiteitsbibliotheek, werk dat na zijn dood zal worden voortgezet door zijn opvolger Jules de Saint-Genois.

Frank Cotman
Vakgroep Geschiedenis UGent
28 november 2014

 

Hoe verwijs je naar dit artikel?
Cotman, Frank. "Voisin, Auguste (1800-1843)." UGentMemorie. Laatst gewijzigd 4.12.2018. www.ugentmemorie.be/personen/voisin-auguste-1800-1843.

Bibliografie

www.UGentMemorialis.be

Verzamelband Auguste Voisin (Collectie bibliotheek Universiteit Gent,  BIB.G.008645/-11).

Apers, René F. Schets eener geschiedenis der Universiteitsbibliotheek te Gent. Gent: Vyncke, 1933.

Demoor, Hubert. Flitsen uit de geschiedenis van het Koninklijk Atheneum voor Jongens te Gent : in het raam van de evolutie van het Rijksmiddelbaar Onderwijs in België. Gent: Staelens, 1951.

De Saint-Genois, Jules. Notice biographique sur Monsieur Auguste Voisin. Gand: Hebbelynck, 1844.

Everaert, Claude en Greta Fabré-Meeus. Liber Magistrorum van Ecole Centrale du Département de L'escaut tot Koninklijk Atheneum te Gent 1797-1997. Gentbrugge: Vriendenkringen Voskensscholen en Gent (Ottogracht), 1997.

https://books.google.be/books?vid=GENT900000200656&printsec=frontcover#v...

Type persoon: 
Deel deze pagina: