Hoorens, Joseph (1928-2017)

Als onderzoeker, lesgever, decaan en boegbeeld van de faculteit Diergeneeskunde heeft veterinair-patholoog Joseph Hoorens zich gedurende meer dan 50 jaar ingezet voor zijn faculteit. Zijn levenswerk heeft een enorme impact gehad op de ontwikkeling en internationale uitstraling van de faculteit en op de evolutie van het diergeneeskundig beroep in Vlaanderen.

Studies en academische loopbaan

In de Latijn-Griekse humaniora aan het Klein Seminarie van zijn geboortestad Roeselare wordt Joseph Hoorens doordrongen van de traditionele waarden van cultuur en filosofie die hij levenslang zal koesteren en verder ontwikkelen. Zijn opleiding tot dierenarts begint hij aan de Universiteit Leuven, waar hij in 1949 het diploma kandidaat in de Wetenschappen behaalt.

Tijdens zijn verdere studies aan de Veeartsenijschool van de toenmalige Rijksuniversiteit Gent aan het Casinoplein werkt Hoorens als vrijwillig medewerker in het Laboratorium voor Fysiologische scheikunde van Lucien Massart, het Laboratorium voor Ontleedkunde van Jan Deregt en de Kliniek voor Grote Huisdieren van Jean Bouckaert. Hij promoveert er begin jaren 1950 met grote onderscheiding tot kandidaat en doctor in de Veeartsenijkunde. Daarna wordt Hoorens achtereenvolgens assistent, werkleider, geaggregeerde voor het hoger onderwijs en vanaf 1962 geassocieerd docent. In 1967 wordt hij uiteindelijk benoemd tot gewoon hoogleraar en titularis van de leerstoel Dierlijke Pathologische Ontleedkunde, Algemene Ziekteleer en Lijkschouwing aan de faculteit Diergeneeskunde, een mandaat dat hij 25 jaar lang met volle inzet zal invullen.

Magistraal didacticus

Hoorens’ studenten – over de jaren heen zijn het er vele duizenden geweest – willen zijn hoorcolleges niet missen. Dit omdat hij niet alleen overzicht, maar vooral ook inzicht geeft in de oeverloze leerstof, door die te illustreren met spraakmakende voorbeelden uit zijn eigen praktijkervaring. Elke dag leidt hij persoonlijk de lijkschouwingen en verzamelt hij zijn assistenten rond de discussiemicroscoop om de weefselcoupes te bespreken. Met duidelijke autoriteit eist hij van iedereen stiptheid en een grote inzet, discipline, orde en netheid. Hij is de eerste om van dat alles het goede voorbeeld te geven.

Elke middag lopen honderden studenten en assistenten even langs in de dissectiezaal, waar Hoorens alle autopsiebevindingen van de dag heeft uitgestald en van een korte uitleg voorzien. Op deze manier krijgen ze een duidelijk beeld van de dierziekten die in onze contreien vaak, of zelden, of uitzonderlijk voorkomen.

Morfologische collectie

Veel van de preparaten die Hoorens maakt, komen nadien terecht in de schitterende museumcollectie die door zijn voorganger professor Jozef Thoonen in het interbellum werd opgestart. Hoorens breidt de collectie systematisch verder uit tot een uniek studielandschap, de blikvanger voor elke bezoeker van de campus aan het Casinoplein. Deze didactische verzameling van meer dan 1000 veterinaire pathologische preparaten wordt in 1996 door zijn opvolgers, professoren Hendrik Thoonen en Richard Ducatelle, overgebracht naar de nieuwe campus in Merelbeke. Onder impuls van professor Koen Chiers wordt die in 2017 aangevuld met 297 menselijke preparaten afkomstig van het voormalige Bijlokehospitaal, geschonken door emerita Marleen Praet van het Universitair Ziekenhuis Gent.

De collectie pathologie - onderdeel van het Gents Universiteitsmuseum (GUM) - demonstreert op fascinerende wijze de morfologie van honderden aandoeningen bij mens en dier. Ze bevat niet alleen unieke stukken zoals een menselijke foetus met sirenomelia (zeemeerminsyndroom), maar ook preparaten van ziektebeelden die tegenwoordig heel zeldzaam zijn zoals bijvoorbeeld tuberculose en varkenspest. Deze permanente tentoonstelling biedt een aanschouwelijke vergelijking tussen veterinaire en humane pathologie en is vrij toegankelijk.

Grensverleggend onderzoeker

Als onderzoeker verwerft Joseph Hoorens internationale faam omwille van zijn expertise in de pathologie van het varken, een belangrijk dier voor de groeiende naoorlogse voedingsindustrie. In 1973 publiceert hij, samen met zijn collega’s uit de klinieken, het standaardboek ‘Huisvesting, voeding en ziekten van het varken’. Daarnaast doet hij ook onderzoek in alle domeinen van zijn brede vakgebied. Zijn studies focussen niet alleen op nutsdieren – paarden en varkens domineerden lang het veterinair onderzoek – maar ook op gezelschapsdieren. Zijn interesse gaat uit naar virale en tumorale aandoeningen, volledig in de lijn van de moderne ontwikkelingen in het diergeneeskundig beroep.

Hoorens’ encyclopedische pathologische kennis is de vrucht van dagelijks wetenschappelijk onderzoek gedurende vier decennia, een enorme belezenheid en de uitbouw van een wetenschappelijk team van excellente medewerkers rondom zich. Bovendien onderhoudt hij intensieve contacten met collega’s uit binnen- en buitenland. Zo is hij zeer actief betrokken in de werking van de European Society of Veterinary Pathology en treedt hij op als organisator en gastspreker van talrijke nationale en internationale congressen. Op zijn grote expertise wordt bovendien vaak beroep gedaan door wetenschappelijke verenigingen, zoals de Veterinaire Consultatieve Commissie van het Ministerie van Landbouw en de Wetenschappelijke Raad van het Nationaal Instituut voor Diergeneeskundig Onderzoek, waaraan hij jarenlang als actief lid verbonden is.

Bezield engagement

Achter het ernstig uiterlijk van Joseph Hoorens schuilt een vaderlijke bezorgdheid en een warm hart. Altijd is hij bereikbaar en biedt hij een luisterend oor en goede raad aan studenten, collega’s en medewerkers. Omwille van zijn autoriteit en leidinggevende capaciteiten wordt hij in 1972 bovendien verkozen tot decaan van de faculteit Diergeneeskunde. Zijn leiderschap wordt gekenmerkt door de dialectiek van het compromis en de consensus, boven die van het conflict, geheel in de geest van zijn levensmottoNiemand kan zaaien met gesloten vuisten. In dezelfde geest van dienstbaarheid vertegenwoordigt hij ook gedurende 15 jaar de faculteit en het beroep als Lid van de Hoge Raad van de Orde der Dierenartsen.

Zijn emeritaat in 1993 betekent geenszins het einde van zijn engagement, want onmiddellijk neemt hij het initiatief om een museumcommissie op te richten voor het bewaren van het erfgoed uit het rijke diergeneeskundige verleden van de faculteit. Ook neemt hij nog een paar jaar als hoofdredacteur de leiding op zich van het Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift, waarvan hij jarenlang een bezielend redactielid en de meest productieve auteur is.

Zo deelt Hoorens nog vele jaren zijn rijke ervaring en kennis met de facultaire gemeenschap. Met grote vreugde en trots zag hij hoe zijn opvolgers zijn levenswerk verderzetten en grote internationale uitstraling geven.

Paul Simoens
Vakgroep Morfologie UGent
Februari 2018

 

Hoe verwijs je naar dit artikel?

Simoens, Paul. “Hoorens, Joseph (1928-2017).” UGentMemorie. Laatst gewijzigd 11.09.2018. www.ugentmemorie.be/personen/hoorens-joseph-1928-2018.

Bibliografie

www.UGentMemorialis.be

Simoens, Paul. “In memoriam Emeritus Professor Dr. Joseph Hoorens.” Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift 86 (2017): 3-4.

“Veterinaire musea: verleden of toekomst?” Themanummer ARGOS 32, nr. 4 (2005).

De Clerck, Karel. 50 Jaar Nederlandstalig diergeneeskundig onderwijs aan de RUG. Gent: RUG, 1984.

Museum Morfologie (MuMo) 

Website Vlaams Diergeneeskundig Tijdschrift (VDT)

Website Gents Universiteitsmuseum (GUM) 

Deel deze pagina: