Goubau, René Jules (1886-1976)

René Goubau wordt rector in 1939, een woelige periode met de afkondiging van de eerste mobilisatie en de Duitse inval op 10 mei 1940. In 1944 neemt hij gedurende korte tijd opnieuw de functie van rector waar en heeft hij de onprettige taak de epuratie in de universiteit uit te voeren. 

Studies en academische loopbaan 

Goubau volgt Latijn-Grieks aan het Gentse Sint-Barbaracollege en doet nadien zijn hogere studies aan de Rijksuniversteit Gent, waar hij achtereenvolgens de graden van doctor in de natuurwetenschappen, groep scheikunde, van apotheker en van kandidaat in de geneeskunde behaalt. Hij is laureaat van de ‘universitaire wedstrijd’ in 1910 en van de reisbeurzen in 1911 waarmee hij studeert in Lausanne, Parijs, Aken, Genève en Rijsel. In 1908 wordt hij hulppreparator en later preparator bij de chemicus Louis Gesché. Goubau wordt in 1914 benoemd tot docent en neemt de cursus grondbeginselen der Analytische Scheikunde en Toxicologie van Gesché over. Hij wordt bevorderd tot buitengewoon hoogleraar in 1920 en tot gewoon hoogleraar in 1923. In datzelfde jaar wordt hij belast met de Nederlandstalige cursus in de Algemene Scheikunde voor de studenten in de kandidaturen. In 1914-15 en van 1918 tot 1920 is hij secretaris van de faculteit Geneeskunde. Goubau huwt in 1918 met Germana Vanderlinden, dochter van collega Jean Florimond Vanderlinden.  Hij wordt voor de periode 1924-25 decaan van de Geneeskundefaculteit. Op 08.02.1938 muteert hij op eigen verzoek naar de faculteit Wetenschappen. Bij KB van 30.11.1956 wordt Goubau tot het emeritaat toegelaten.

Rector in een moeilijke periode

Op 12 juni wordt Goubau aangesteld als rector voor de periode 1939-1942. Na de Duitse inval in België op 10 mei 1940 worden de lessen aan de universiteiten geschorst. Rector Goubau laat het onderwijzend en wetenschappelijk personeel de keuze om al dan niet naar Frankrijk te vluchten. Hij vertrekt in mei 1940 samen met andere collega’s naar Zuid-Frankrijk, om de universiteitsgelden in veiligheid te brengen. Frank Baur, decaan van de Letteren en Wijsbegeerte, neemt zijn ambt tijdelijk waar. Op 31 mei hebben de professoren in Toulouse een vergadering, waar zij, onder meer op aansturen van Goubau, in een motie hun sympathie betuigen aan de regering in ballingschap Pierlot. Na het aantreden van Pétain in Frankrijk op 16.06.1940 en de wapenstilstand met Duitsland, keren tussen juni en november 1940 de meeste professoren terug naar België, waaronder Goubau. Door de verordeningen van de Militärverwaltung van 18 juli en 19 december 1940, worden slechts negen professoren getroffen, die niet meer aan de slag kunnen. René Goubau hoort niet bij hen.

Na de bevrijding van Gent op woensdag 6 september 1944 neemt Goubau zijn ambt als rector weer op. Hij leidt de epuratie en schrijft reeds op 7 september o.a. naar Leon Elaut: ‘Tot nadere instructie is het u niet toegestaan de universitaire gebouwen te betreden; over uw toestand zal te gelegener tijd door de bevoegde overheid een beslissing genomen worden’. Op 23 september ondertekenen de overgebleven professoren en docenten van de faculteit Geneeskunde een motie, die trouwens ook in de kranten verschijnt en op de Gentse stadsmuren wordt aangeplakt, waarin staat: ‘Vernomen hebbend: Dat de benoemingen, welke tijdens de bezetting van ons Land zijn geschied en voor hun Faculteit De Brabandere, De Clercq, Martens, Soenen en Speleers betreffen, als nietig worden verklaard; En dat een reeks Professoren en Docenten van de Staatsuniversiteit te Gent werden geschorst, waartusschen als leden van hun Faculteit Daels, Elaut, Evrard, Hooft en Vanhouteghem; Kunnen met dezen voorloopigen maatregel geen vrede hebben en zullen, vanaf de aanstaande opening der leergangen, aan geen academische bedrijvigheid meer deel nemen zoolang als dezen, die als ongewenscht mogen beschouwd worden en waarnevens hun eer en waardigheid hun niet toelaat verder te zetelen, niet definitief uit hun ambt worden ontheven.’

René Goubau neemt officieel ontslag als rector op 12.12.1944. De professoren van de medische faculteit hernemen pas hun activiteiten na het bezoek van een delegatie aan de minister op 18 januari 1945, waar zij de verzekering krijgen dat ‘de definitieve afzetting van een zeker aantal antivaderlandsche leeraars’ een feit zal zijn.

Lesgever en wetenschapper

De hoofdbekommernis van Goubau gaat uit naar het onderwijs, zowel op het niveau van het graduaat als van het postgraduaat. Hij schrijft dan ook voornamelijk cursussen en didactisch materiaal. Op het gebied van het wetenschappelijk onderzoek levert hij bijdragen tot de kennis van de fysico-chemische eigenschappen van het arsenicum en van de organische basen, evenals publicaties op het gebied van carboxyhemoglobine- en oxyhemoglobinedoseringen. Leo J. Vandewiele getuigt: ‘Het is in deze hoedanigheid (docent van de Nederlandstalige cursus in de Algemene Scheikunde) dat ontelbare studenten Prof. R. Goubau hebben gekend of beter niet hebben gekend, want het was voor de studenten in de graad van apotheker een verrassing Prof. Goubau voor de kursus in de toxikologie terug te vinden als een ingoede, gemoedelijke en vaderlijke professor.’

Frank Cotman
Vakgroep Geschiedenis UGent
10 juli 2013

 

Hoe verwijs je naar dit artikel?
Cotman, Frank "Goubau, René Jules (1886-1976)." UGentMemorie. Laatst gewijzigd 10.03.2015. www.ugentmemorie.be/personen/goubau-rene-jules-1886-1976

Bibliografie

www.UGentMemorialis.be

Personeelsdossiers René Goubau (Archief UGent, doos 8 en 166)

Verslag faculteitszitting Faculteit Geneeskunde van 20.02.1945 (Archief UGent)

Elaut, Leon. Mijn memoires: van Keiberg tot Blandijnberg. Beveren: Orion, 1981.

Martin, Dirk. De Rijksuniversiteit Gent tijdens de bezetting 1940-44. Leven met de vijand. Gent: RUG 1985.

Vandewiele, Leo Jules. Bij het eeuwfeest van het Laboratorium voor Toxicologie aan de Faculteit Farmaceutische wetenschappen van de Rijksuniversiteit van Gent (1876-1976). Gent: RUG, 1976.

Vandewiele, Leo Jules. Geschiedenis van het farmaceutisch onderwijs aan de Rijksuniversiteit te Gent. Gent: RUG, 1970.

Deel deze pagina: 

Herinneringen

Gustaaf Van der Kelen

 'René Goubau was een fantastisch en warm mens. Hij was ook sociaal begaan. Zo herinner ik me dat een vrouw beticht werd van een poging tot vergiftiging van haar man met arsenicum. De onderzoeksrechter baseerde zich op de hoeveelheid arsenicum die te vinden was in de urine van die man. René Goubau wees er echter op dat dergelijke hoeveelheden arsenicum nog altijd miniem waren en eerder accidenteel moesten zijn. Hij droeg mij dan op om hier onderzoek naar te doen. Ik kon besluiten dat arsenicum op natuurlijke wijze in heel wat voeding te vinden was.'

(UGentMemorie in gesprek met emeritus Gustaaf Van der Kelen, professor anorganische chemie, juni 2016)

Lesgever en vlucht tijdens WO II

"Ontelbare studenten hebben de cursus Algemene Scheikunde van prof. Goubau gevolgd. Wie herinnert zich niet de grap die hij elk jaar herhaalde? In het hoofdstuk Koolstof, bij de bespreking van actieve kool: "Er komt een student op het examen. De professor vraagt: "A quoi sert le noir, animal?". Maar de student antwoordt: "A raffiner le scure, brut".
Mijn examen in de 1e kandidatuur herinner ik mij nog alsof het gisteren was. Ik kreeg een hoofdstuk dat ik pas nog herhaald had; over ammoniak. Kreeg zeer goede punten. Vandaar mijn herinnering zeker?

Vijf decennia later heb in de studiewerk van Dirk Martin gelezen welke belangrijke rol prof. Goubau gespeeld heeft in mei 1940 na de Duitse inval. Hij was toen Rector. In de hoop te ontsnappen aan de nazi's vertrok hij met de gelden van de Universiteit en een 70-tal professoren, waaronder oud-Rector August Vermeylen, naar Frankrijk (Toulouse). Daar betuigden ze hun steun aan de Belgische regering-Pierlot die naar Londen gevlucht was. Echter, ook Frankrijk kwam onder controle van het Duitse leger, en zo keerden velen terug naar Gent. Twee familieleden van prof. Goubau traden toe tot het actieve verzet tegen de nazi's: Charles en Carlos Goubau. Ze werden aangehouden en weggevoerd naar het concentratiekamp van Neuengamme, waar ze stierven in maart 1945."

Em. Prof. Frank Roels

Januari 2019

Gustaaf Van der Kelen

'René Goubau was als een vaderfiguur voor mij. Toen ik in 1950 afstudeerde als beste van mijn jaar trad ook een homogene katholieke regering aan, met Pierre Harmel als minister van onderwijs. De financiering van de Rijksuniversiteit Gent werd verlaagd en plots was er geen geld meer voor mij om aan mijn doctoraat te beginnen. René Goubau zorgde ervoor dat ik aan de universiteit kon blijven. Ik werd betaald om een methode te ontwikkelen om koper in wijn te kunnen detecteren en kon zo een jaar overbruggen. Na dat jaar dat ik bij gratie van Goubau gekregen had werd ik dan toch aangesteld als assistent en kon ik beginnen doctoreren.'     (UGentMemorie in gesprek met emeritus Gustaaf Van der Kelen, professor anorganische chemie, juni 2016)